Vaccineren Corona
Diegenen die iets willen geloven, hebben geen bewijs nodig. Voor diegenen die het niet willen geloven zal geen enkel bewijs ooit voldoende zijn.
Corona.
Corona bestaat al duizenden jaren maar is pas ontdekt in 1960 en kreeg op basis van hun kransvorm een eigen naam Corona of Kroon virus. Ze werden lange tijd aangezien als een onschuldig verkoudheidsvirus.
In 2002 werd in China het coronavirus gelinkt aan een ernstige luchtweginfectie (SARS). En in 2012 in het midden oosten gebeurden hetzelfde met een ander coronavirus (MERS).
Tot een paar jaar geleden (2017) er een nieuwe SARS (corona) virus opdook en voor veel besmettingen zorgde kreeg het de naam COVID 19.
Wat is een virus?
Een virus is een minuscuul klein deeltje dat alleen bestaat uit genetisch materiaal (DNA of RNA) en is verpakt in een eiwitimantel (nucleocapside) een omhulsel van eiwitten. Bij sommigen virussen zit er nog een extra omhulsel - een envelop – rond de eiwitmantel.
Virussen hebben geen stofwisseling, ze eten niet, verteren niet en scheiden geen afval uit en hebben geen eigen voortplantingssysteem. In principe dus dood materiaal zonder leven zoals wij leven noemen.
Virussen kunnen zich alleen voortplanten in een gastheer en hebben een gastcel nodig om hun genetisch materiaal te repliceren en zich te vermenigvuldigen. Ze gebruiken de functie van de gastcel om met hun eigen genetische code eiwitten te produceren en kopieën van zichzelf te maken.
RNA Virussen
Coronavirussen zijn positief+ enkelstrengs RNA virussen, dat wil zeggen dat hun genetisch materiaal bestaat uit een enkel streng RNA (ribonucleïnezuur). Deze RNA streng kan dienst doen als (messenger- RNA) (mRNA), de boodschapper van DNA (desoxyribonucleïnezuur) de genetische code in de celkern.
In menselijke cellen geeft mRNA instructies van het DNA door aan de ribosomen, de eiwit-aanmakende onderdelen van de cel. De ribosomen lezen de code van mRNA en maken op basis daarvan eiwitten aan.
De term positief+ verwijst naar de leesvolgorde van de code. De RNA streng van het coronavirus heeft dezelfde leesvolgorde als mRNA en kan daarom in de cel onmiddellijke afgelezen worden voor de aanmaak van virale eiwitten, voor het vormen van nieuwe eiwitmantels rond het gekopieerde genetisch materiaal. Dat betekent dat een coronavirus een cel bij binnenkomst snel kan infecteren, omdat het zich snel kan vermenigvuldigen en muteren.
Bij negatieve (-) enkelstrengs RNA virussen en dubbelstrengs RNA virussen moet het RNA eerst nog bewerkt worden voor het genetische materiaal van het virus gekopieerd kan worden. Bij DNA virussen moet het DNA eerst nog gekopieerd worden naar mRNA.
Corona virus zit verpakt in een enveloppe een membraam of vlies dat bestaat uit fosfolipiden, net zoals de membraam van cellen in het menselijk lichaam. In dit membraam zitten antennen (glycoproteïne) die uitsteeksels (spikes) vormen op het oppervlak van het virus. Dat geeft het virus een soort kroon- of kransvorm, van daar de naam coronavirus of kroonvirus.
In de enveloppe zitten ook nog andere eiwitten (membraaneiwitten) en envelopeiwitten.
Het SARS CoV 2 virus heeft vier soorten structurele eiwitten: Spike, (S), membraan (M), envelop (E) en nucleocapside (N) eiwitten.
Deze zijn belangrijk voor het virus om zich vast te kunnen hechten aan een gastcel, een gastcel binnen te komen en zich te vermenigvuldigen. Deze eiwitten worden ook gebruikt voor het detecteren van het virus in diagnostische testen of voor het ontwikkelen van medicatie of vaccins.
De meeste virussen zijn gastcelspecifiek waardoor ze alleen bepaalde soorten cellen kunnen infecteren. Het omhulsel van elk virus heeft een andere samenstelling wat ervoor zorgt om in bepaalde soorten cellen binnen te geraken.
Een virus kan alleen een cel binnenkomen via specifieke receptoren net als een sleutel in een slot waarmee je een deur kunt openen. Een receptor is een soort antenne of poort in het celmembraan het omhulsel van de cellen. Een bepaald eiwit op het oppervlak van het virus hecht zich vast aan een specifieke receptor.
De sleutel (het virus) past alleen maar in een bepaald slot (receptor). Wanneer een cel GEEN receptoren heeft waar een bepaald virus zich aan kan vasthechten, kan het virus de cel NIET binnen dringen! Er is dus een verschil tussen besmet zijn of een infectie hebben.
(zaak is dus om de receptoren sterk te houden, of te wel de sloten dicht te houden dus niet toegankelijk voor virussen)
Er zijn virussen die meerdere soorten receptoren gebruiken om cellen binnen te komen.
Is een virus nu dood of levend? Zoals eerder beschreven hebben virussen geen stofwisseling en voortplanting dus voldoet het niet aan het criteria levend te zijn. Maar in de medische wereld echter wel als levend beschouwd omdat het cellen kan binnendringen en omdat het cellen gebruikt om zich te vermenigvuldigen en het zich aanpast aan de omgeving.
Kortom, een levend virus is volgens de medische wereld een intact virus dat in staat is om een gastcel te infecteren.
Het SARS-CoV is een bèta coronavirus, alle alfa en bèta coronavirussen veroorzaken meestal luchtweginfecties. Behalve de SARS en MERS zijn nog 4 andere menselijke coronavirussen.
HCov-NL63, HCoV-229E, HCoVOC43 en HCoV-HKU1.
Vaccins
Bijna alle vaccins zijn gebaseerd op verzwakte of gedode pathogene – bacteriën of virussen. De bedoeling is dat het immuunsysteem daarop zal reageren net als bij een normale besmetting en antistoffen gaat aanmaken.
Echter is tot op heden nooit gelukt om een effectief en veilig vaccin te produceren tegen HIV, griep, coronavirussen, niet tegen SARS MERS en evenmin tegen de corona verkoudheidsvirussen die ons elk jaar plagen. Daarom is men nu bezig het experimentele mRNA vaccins te ontwikkelen echter tot nu toe zonder succes.
Pfizer en Moderna zijn mRNA vaccins, na de prik dringt het mRNA de bloedbaan binnen en gaat rond in het lichaam (het blijft dus niet ter plaatse zoals wordt beweerd), en gaat Spike-eiwitten produceren. Volgens beweringen zouden deze het immuunsysteem moeten activeren tot de aanmaak van antilichamen tegen het coronavirus. Echter, onderweg binden ze zich aan en beschadigen bloedplaatjes en endotheelcellen ( bloedvaten, longen enz.). Ze slaan ook op in de organen het beenmerg de milt, lever en eierstokken.
Astra Zeneca/Vaxzevria en J&J hebben een andere procedé, zij gebruiken het adenovirus (1) als drager voor de Coronavirusgenen dat is (recombinant adenovirus type 5 vectored covid 19 vaccine). Het adenovirus loodst covid 19 binnen in lichaamscellen, waar het Spike-DNA gekopieerd wordt. Het resultaat is dus ongeveer hetzelfde alleen krijg je er een potentieel gevaarlijk virus bij.
Deze techniek stamt uit de gentherapie, uit de testen bleek dat dit adenovirus een gen (2) (LMO2) activeert, dat aanzet geeft tot het ontwikkelen van leukemie (insertie-congogenesie).
Studies hebben al aangetoond dat de Spikes op zichzelf al schadelijk zijn.
(1)
(Adenovirussen zijn een groep zeer besmettelijke virussen die vaak voorkomen bij kinderen. Niet altijd presenteert een patiënt zich met symptomen. Wanneer de patiënt toch symptomen ervaart, heeft hij meestal problemen met de luchtwegen of de ogen, al tast het virus mogelijk ook andere lichaamsorganen aan. De ziekte is meestal vrij mild waardoor een ondersteunende behandeling de symptomen verlicht. Vooral bij patiënten met een verzwakt immuunsysteem, zijn de symptomen mogelijk ernstiger en treden soms levensbedreigende complicaties op. De vooruitzichten zijn voor de meeste patiënten met een adenovirusinfectie echter uitstekend.)
(2)
Het LIM-only eiwit 2 (LMO2) is een essentiële transcriptionele regulator bij hematopoëse, waarvan de ongepaste regulatie vaak bijdraagt aan de ontwikkeling van leukemie. LMO2 werd aanvankelijk gekloond uit een T-cel acute lymfoblastische leukemie (T-ALL) patiëntmonster met een (t(11;14)(p13;q11)) translocatie, en de afwijkende expressie ervan kan worden gedetecteerd in 9% van de alle pediatrische gevallen van T-ALL. T-ALL wordt gekenmerkt door een accumulatie in het beenmerg van onrijpe T-cellen die zijn veranderd in hun vermogen om terminaal te differentiëren.
Wat zit er meestal in een vaccin?
Het residu van een virus of bacterie plus;
1. Aluminium:
Bekende effecten: dit is een neurotoxische stof, dat wil zeggen dat ze de hersenen en het zenuwstelsel beschadigen. De veiligheid is nooit aangetoond.
2. AS03 (alfa-tocoferol, squaleen en polysorbaat 80) adjuvant: Bekende effecten: auto-immuniteit storingen (polysorbaat 80) is mogelijk kankerverwekkend.
3. Thimerosal of thiomersal (kwik), bewaarmiddel: Bekende effecten: neurotoxisch, immunotoxisch, kankerverwekkend.
4. Formaldehyde: Bekende effecten: kankerverwekkend, neurotoxisch.
5. 2-Fenoxyethanol, fenol, benzethaniumchloride: bewaarmiddel. Bekende effecten: weinig onderzoek naar gedaan.
6. Antibiotica (neomycine, polymyxine, streptomycine, gentamicine, worden gebruikt tijdens het productieproces om bacteriën groei te remmen. Bekende effecten: allergische reacties, mogelijk immunotoxisch.
7. Restanten van dierlijke eiwitten en dierlijk DNA: virussen en bacteriën worden meestal gekweekt op dierlijke cellen. Bekende effecten: allergische reacties, auto-immuniteit.
Het Corona Vaccin bevat nog meer o.a mRNA
Pfizer/BioNTechs COVID-19 vaccin BNT162b2 bestaat uit mRNA verpakt in een Lipid nanoparticle (LNP). Het mRNA codeert voor het hele SARS-CoV-2 Spike (S) eiwit.
Er zijn op dit moment alleen beperkte preklinische en preliminaire klinische fase 1/2 data beschikbaar. Deze beperkte dataset laat zien dat het vaccin een acceptabel veiligheidsprofiel heeft en in staat is neutraliserende antistoffen en een gunstige T-cel respons op te wekken.
Het feit dat gebruik gemaakt wordt van een technologie waarmee nog geen geregistreerde vaccines gemaakt zijn is een risico.
Conclusie: niet veilig en niet langdurig getest.
Veiligheid
In principe is geen enkel vaccin veilig, want ze kunnen niet per persoon gemaakt en getest worden en zeker NIET op langer termijn, immers reageert iedereen verschillend op een vaccinatie.
Voordat een vaccin wordt vrijgeven voor gebruik moet het aan strenge eisen voldoen.
Maar is en wordt de veiligheid van vaccins wel goed onderzocht is een belangrijke vraag, voor de veiligheid onderzoekt men de effecten van een vaccin eerst op dieren.
In Fase 1 geeft men het vaccin aan een kleine groep gezonde volwassenen om te testen of het goed wordt verdragen.
Fase 2 geeft men het vaccin aan 100 tot 1000 volwassenen om de immuunrespons de mogelijke bijwerkingen en de juiste dosis te bepalen.
Fase 3 geeft men het vaccin een grotere groep mensen om de doeltreffendheid te kunnen testen, de aanmaak van antilichamen, en de veiligheid op langer termijn te bepalen, dan spreken wij over 28 dagen! U begrijpt dat deze studies te kleinschalig zijn om zeldzame ernstige bijwerkingen te kunnen ontdekken.
Het grootste deel van het onderzoek naar de veiligheid gebeurt nadat het vaccin is goedgekeurd door het opvolgen van gerapporteerde bijwerkingen en dat is fase 4.
Pfizer sloeg Fase 1- en Fase 2 voor het gemak over, Fase 3 met geselecteerde vrijwilligers is evenmin afgerond. Tot op heden is er geen enkele wetenschappelijke studie over het vaccin maar kondigde het succes van het vaccin aan in de pers.
En ondanks alle waarschuwingen van gerenommeerde wetenschappers omtrent het gebruik van RNA vaccin en de mogelijke gevolgen daarvan gaat men dapper door met vaccineren.
Effectiviteit
Over de doeltreffendheid bestaat veel onduidelijkheid. Een vaccin wordt als werkzaam beschouwd als het de aanmaak van antilichamen stimuleert. De vraag is of dit ook de effecten verlaagt en de kans op ziekten waartegen men vaccineert?
Studie die vast moeten stellen dat een vaccinatie de kans op een infectie zal verminderen zijn meestal gefinancierd door de producenten zelf. De uitslagen van een onafhankelijke studies zijn vaak verschillend. En bovendien is er het probleem van de zogenaamde “healthy vaccinee bias”, wat een vertekend beeld is door de betere gezondheidsstatus van gevaccineerde.
Gevaccineerde kinderen en volwassenen zowel in rijke als arme landen die meer toegang hebben tot de gezondheidszorg, is mogelijk de verlaagde kans op infectieziekten en vooral op overlijden toegeschreven aan andere factoren. Dat maakt het moeilijk zo niet onmogelijk te bepalen wat de effecten zijn van vaccineren.
Het griepvaccin is daar een mooi voorbeeld van, omdat niet iedereen zich laat vaccineren tegen de griep. Onderzoek heeft uitgewezen dat mensen die zich laten vaccineren tegen de griep over het algemeen gezonder zijn en/of ook andere gezondheidsmaatregelen nemen. Het beschermend effect van het griepvaccin wordt daardoor overschat.
Wat wel is opgevallen dat gevaccineerde kinderen en volwassenen bij een uitbraak van griep even vaak (soms vaker) een infectie krijgen dan niet-gevaccineerde. Dat is het geval bij o.a. kinkhoest, griep, mazelen en bof.
Vaak wordt en dan met de vinger gewezen naar de niet gevaccineerde, zij zouden dan verantwoordelijk zijn voor de uitbraak. Maar dat zou echter, volgens de vaccinatietheorie, geen probleem mogen zijn voor die groep die wel gevaccineerd is. Immers, volgens deze theorie zijn ze toch beschermd?
Men heeft men zelfs vastgesteld dat het omgekeerd kan zijn en dat mensen die gevaccineerd zijn met levende virussen ongevaccineerde in hun omgeving kunnen besmetten.
Verder is er ieder jaar wel een ander virus dat de griep veroorzaakt mede daardoor is een vaccin van vorig jaar een volgend jaar niet meer bruikbaar en de tijd ontbreekt om een vaccin aan te passen.
Angst
Regeringen en vaccinatiecampagnes wijzen vaak op het belang van “kudde-immuniteit” of groepsimmuniteit. Daarom gebruiken ze het middel “angst” of “bang” maken (waaraan de media dapper een steentje aan bijdraagt inplaats van gedegen onderzoek te gaan doen naar de achtergronden), om dit te bereiken.
Men gaat ervan uit dat bij het bereiken van een collectieve immuniteit tegen een bepaalde infectieziekte of virus Corona bijvoorbeeld, de hele gemeenschap daarvan kan profiteren omdat de verspreiding beperkt zou worden, omdat vaccinatie immuun zou maken.
Dit wordt vaak aangehaald als argument om vaccinatieweigeraars of mensen die nog twijfelen maar te overtuigen zich alsnog te laten vaccineren. Maar deze immuniteit wordt ook bereikt door sanitaire en hygiënische maatregelen te nemen, beter drinkwater, handen wat vaker wassen na het toilet enz. dus gezonder te gaan leven.
De meeste studies naar het verband tussen vaccinatie en afname infectieziekten houden daar helemaal geen rekening mee.
Risico
Het overlijdensrisico bij Covid 19 is 0,16% maar alleen bij mensen met een gezondheids risico met een zeer slecht immuunsysteem of door het hebben van chronische achterliggende ziekten en ook die kunnen bepaalde supplementen innemen om het lichaam weerbaarder te maken tegen Covid 19.
Dus ondanks alle bangmakerij door onze regering en de media is het risico voor mensen met een gezonde levensstijl en een goedwerkend immuunsysteem bijzonder klein. Kinderen in de bloei van hun leven moeten al helemaal niet gevaccineerd worden dat is volstrekt onzinnig en onnodig.
Immuunsysteem
UW GEZONDHEID VALT EN STAAT MET EEEN GOED WERKEND IMMUUNSYSTEEM
Met een goed werkend immuunsysteem heeft u nauwelijks klachten niet meer dan gewoon bij een griepje, dus heeft vaccineren geen enkele zin. Maar werkt uw immuunsysteem niet goed dan kunnen de gevolgen ernstig zijn ook door een vaccinatie immers heeft uw immuunsysteem daar ook problemen mee daarom overlijden mensen door een vaccinatie.
Geen enkele arts is er tot op heden in geslaagd uw immuunsysteem te testen of de werking met welke proef dan ook vast te stellen. En daar zit het gevaar, wat voor de één wel goed werkt kan voor de ander desastreus zijn.
Een vaccin kan niet beschermen tegen alle potentieel schadelijke virussen en/of bacteriën, een gezond immuunsysteem kan dat wel.
Verstoord immuunsysteem
Wanner je immuunsysteem niet goed werk of verstoord wordt door bijvoorbeeld verkeerde voeding, roken gebruik van alcohol, suiker kunnen virussen en bacteriën ziekte veroorzaken.
Het zijn niet de virussen of bacteriën zelf die de ziekte veroorzaken maar een vervuild of gebrekkig immuunsysteem. Immers virussen en bacteriën zijn een normaal onderdeel van ons lichaam. De theorie dat virussen en bacteriën ziekte veroorzaken stamt uit de tijd dat men niet wist dat zij een onderdeel van ons lichaam zijn.
We krijgen te weinig of onvoldoende vitaminen binnen meestal door verkeerde voeding teveel alcohol, roken, overgewicht en veel stres die weer veel vitaminen en mineralen vernietigen. Dagelijks extra vitamine A en D3 1000 plus Zink, Selenium, magnesium en natuurlijk vitamine C verhogen de weerstand tegen virussen en bacteriën. Nu met corona zijn Resveratrol en Quercitine belangrijk deze producten beschermen je cellen tegen indringers o.a. het corona virus.
Natuurlijke immuniteit en vaccinatie
Alle uitspraken over de kwaliteit van vaccineren zou de indruk kunnen wekken dat natuurlijke immuniteit slechter is dan de immuniteit door vaccinatie, maar er zijn voldoende bewijzen van het tegendeel.
Uit een onderzoek bij mensen werd vastgesteld dat wie niet gevaccineerd was, maar een natuurlijke infectie met een seizoengriep doormaakte, beschermd was tegen de pandemische griep die erop volgde.
De groep die gevaccineerd waren tegen de seizoengriep (en de griep niet kregen) waren niet beschermd tegen de pandemische griep.
Conclusie is dat een griepvaccin de weerstand vermindert tegen de griep in het volgend griepseizoen en vermindert ook de effectiviteit van de volgende vaccinatie. Jaarlijks vaccineren tegen griep vermindert de werking van vaccinatie. Terwijl de natuurlijke infectie met het influenzavirus, dus het krijgen van de griep, je wel beschermt tegen de griep in het volgende seizoen.
De aanwezigheid van antistoffen tegen een in het vaccin aanwezig virus, maakt het lichaam NIET immuun voor andere stammen van het virus of voor gemuteerde vormen van het virus. Bovendien is het een misverstand dat je met voldoende antilichamen immuun bent.
Er is een bloedtest gedaan bij een aantal laboranten, test voor de vaccinatie en na de vaccinatie, voor de vaccinatie waren er ruimvoldoende antistoffen aanwezig maar na de vaccinatie waren de antistoffen verdwenen, wederom een bewijs dat vaccineren niet werkt maar zelfs het afweersysteem ernstig verzwakt.
Conclusie
De conclusie moet zijn dat vaccineren en angst creëren beide geen zin hebben, vaccineren omdat het corona virus veel te snel muteert en angst omdat het immuunsysteem daarmee overbelast wordt en alleen maar het lichaam verzwakt waardoor het immuunsysteem slechter gaat werken net als bij stress.
Gezond eten, minder vlees vers voedsel, niet roken geen alcohol althans niet in de mate wat tegenwoordig bijna normaal aan het worden is, geen overgewicht of doe er tenminste iets aan. Allemaal zaken die we zelf en zonder vaccinatie kunnen doen om gezonder en langer te leven.
Producten die uitstekend helpen zijn:
Probiotica of Multiprobioticum 1 x d. 1
Zink of zink picolinate. 2 x d. 1
Vitamine D3 1000 2 x d 1
Vitamine C 1000 1 x d 1
Magnesium citrate 2 x d 2
Resveratrol 2 x d 1
Quercitine 2 x d 1
NAC. 3 x d 1
Andere chadelijke toevoegingen in vaccinatie’s
- 2-fenoxyethanol (2-PE, antivries)
- aluminiumfosfaat
- aluminiumhydroxide
- monofosforyllipide A (MPL in AS04)
- bovine serumalbumine (BSA, of Fraction V)
- calciumchloride (E-nummer 509)
- 4-dimethylaminopyridine (DMAP)
- difterietoxoïde
- DL-α-tocoferol
- Eagle's minimal essential medium (EMEM)
- fenol
- formaldehyde
- gelatine gehydrolyseerd (E-nummer 441)
- gluteraldehyde
- glyceraldehyde-3-fosfaatdehydrogenase (GAPDH) promoter
- glyfosaat (Roundup)
- GMO's
- kaliumchloride (KCl, E-nummer 508)
- kaliumfosfaten
- lactose
- magnesiumchloride (E-nummer 511)
- magnesiumsulfaat (E-nummer 518)
- mannitol (E-nummer 421)
- medium 199 met zouten van Hanks
- mononatrium L-glutamaat (MSG, E-nummer 621)
- natriumbicarbonaat (NaHCO3, E-nummer 500ii)
- natriumchloride
- natriumdiwaterstoffosfaat (E-nummer 339i)
- natriumfosfaat
- neomycine / neomycinesulfaat
- non-typable Haemophilus influenzae proteïne D (NTH1)
- octoxynol 10, Triton X-100, octoxynol-9
- pertactine (PRN)
- polymixine B sulfaat
- polyribosylribitolfosfaat (PRP)
- polysorbaat 80 (E-nummer 433)
- sorbitol (E-nummer 420)
- squaleen
- streptomycine
- sucrose (E-nummer 444)
- thiocyanaat
- tetanustoxoïde
- zoutzuur (E-nummer 507)
Bovendien zit er qua restanten uit de cultuurbodems, dus de plek waar de virussen opgekweekt zijn, vaak nog het volgende in:
- kippenembryo’s
- WI-38 en MRC-5 menselijke diploïde longfibroblasten (van geaborteerde baby's)
- apenniercellen (Vero-cellen)
- gistcellen (saccharomyces cerevisiae)
- insectencellen (Trichoplusia ni)
ONTGIFTEN NA RNA VACCINATIE
Vaccins bevatten tal van (gif)stoffen die niet in een gezond lichaam thuishoren. De nieuwste generatie mRNA vaccins gaan nog een stap verder en geven zelfs genetische instructies aan de cellen.
Boodschapper mRNA (messenger mRNA) bemiddelt bij de overdracht van genetische informatie van de celkern naar ribosomen in het cytoplasma, waar het dient als sjabloon voor de eiwitsynthese. Het volledige fysieke lichaam bestaat uit cellen en elke cel bevat miljoenen eiwitten. De instructies voor het maken van eiwitten staan ‘geschreven’ in het DNA van een cel in de vorm van genen, die eiwitten bouwen via transcriptie (het ‘herschrijven’ van de DNA-sequentie in de vorm van mRNA) en translatie of vertaling (het ‘decoderen’ van het mRNA en het bouwen van het eiwit).
Om de instructies van de mRNA vaccins te neutraliseren, kan men de vertaling van de boodschap verstoren. Het RNA-interferentiesysteem (RNAi) is een mechanisme waarmee cellen de genexpressie controleren door de translatie van mRNA stop te zetten. RNAi kan ook worden gebruikt om de translatie van virale eiwitten stop te zetten wanneer een cel door een virus is geïnfecteerd. Het RNAi-systeem kan ook therapeutisch worden gebruikt en kan voorkomen dat het virale RNA zich vermenigvuldigt.
1. Chlorella 3 x 1 tablet per dag gedurende 6 weken daarna 1 x 1 tablet per dag.
Chlorella is vooral bekend om zijn ontgiftende werking, het helpt afvalstoffen en zware metalen uit het lichaam te verwijderen (lood, kwik, cadmium, pesticiden, enz.). Chlorella stimuleert de aanmaak van rode bloedcellen en verdicht de spieren. De metalen die in de vaccinatie verwerkt zijn worden door Chlorella verwijdert.
2. NAC, N-acetyl Cysteine. 3 x d. 1 cap. of tabl.
NAC is een sterke antioxidant (een precursor van gluthation) in de longen en remt pulmonaire inflammatie en oedeem, neutrofielen, macrofagen, IL-1ß en IL-6 en werkt mucolytisch. Het kan beschermend werken tegen acute longschade. NAC zorgt ervoor dat het lichaam zelf Glutathion aanmaakt. Glutathion is een antioxidant dat in alle lichaamscellen wordt aangetroffen. Het is het belangrijkste afweermechanisme van de cel tegen oxidatieve stress. Het speelt een rol in de energiestofwisseling, celdeling en een groot aantal andere functies en is daarom essentieel voor het voortbestaan van de cel. Glutathion is een tripeptide dat uit drie aminozuren bestaat: L-cysteïne, L-glutaminezuur en L-glycine. Meestal is L-cysteïne het limiterende aminozuur, daarom wordt het nemen van NAC door veel onderzoekers aanbevolen om de glutathionproductie te stimuleren. De glutathionniveaus in de cel nemen gemiddeld 30-35% af naarmate de leeftijd vordert, en ook bij een aantal ziekten worden sterk verlaagde glutathionspiegels waargenomen (o.a. HIV-infectie en hartaandoeningen).
Glutathion supplementen in de vorm van gereduceerde glutathion of als geoxideerde vorm worden niet door het lichaam opgenomen omdat het maagdarmkanaal dit supplement vernietigd maar S-Acetyl-L-Glutathion wordt wel door het lichaam opgenomen.
3. Mariadistel = 2 x daags 1 tablet of capsule.
Mariadistel heeft onder meer antioxidatieve, ontstekingsremmende, immunomodulerende, fibrose remmende, neuroprotectieve, anticarcinogene en cholesterolverlagende effecten, bevordert de galafscheiding en beschermt onder meer lever, alvleesklier, hart, longen, nieren en hersenen.
4. Multiprobioticum. 2 x 1 capsule
Reinigt en versterk het darmflora.
Drink voldoende water!!!!!!
Groet van Rob